vrijdag 9 april 2010

'Complottheorie'


Mensen die op onderzoek uit gaan naar de werkelijke inrichting van de wereld van geld en macht, wordt vaak verweten bezig te zijn met ‘complottheorieën’. Maar is dat wel zo?

Wat is een theorie?

Van Dale:

The-o-rie: 0.2 systeem van denkbeelden of hypothesen ter verklaring van iets ~ 0.3 opvatting in het abstracte, die geen rekening houdt met de praktijk

In deze definitie staat zowel het doel van een theorie, als de manier waarop dat doel bereikt wordt. Het doel is het verklaren van iets, en dat doel wordt bereikt door middel van abstractie, niet rekening houdend met de praktijk.


Eigenlijk is een theorie daarmee een geloof. Een geloof wil – net als een theorie - iets verklaren zonder rekening te houden met de praktijk.

Als je iets wil verklaren terwijl je wel rekening houdt met de praktijk, dan zul je die praktijk moeten kennen en dus moeten onderzoeken. Door het onderzoeken van de praktijk, kom je dan tot een verklaring.

Als je dus wil weten hoe iets werkt, dan kun je twee dingen doen: je kunt geloven dat je weet hoe het werkt, dan heb je een theorie en dan hou je geen rekening met de praktijk, of je kunt onderzoeken hoe iets werkt, en dan hou je wel rekening met de praktijk.

Een voorbeeld:

Als je wil weten hoe een auto werkt, dan zou je kunnen stellen dat een auto wordt voortbewogen door een geest die erin huist. Deze geest drinkt benzine. Dat is een theorie, en je kunt in deze theorie geloven, of niet. Maar of je er wel of niet in gelooft: het zegt in beide gevallen niets over de praktijk (hoe een auto werkt). Je verklaart iets zonder rekening te houden met de praktijk. Je hebt een theorie.

Als je werkelijk, rekening houdend met de praktijk, wil weten hoe een auto werkt, dan kun je die werking ook onderzoeken. Je kunt hem bijvoorbeeld uit elkaar halen, en van elk onderdeel de functie en werking proberen te begrijpen. En je kunt proberen in te zien welke bijdrage elk onderdeel levert aan het functioneren van het geheel: de auto. Als je dat van elk onderdeel begrijpt, en je weet wat de plaats is van dat onderdeel en waarom, dan begrijp je de werking van de auto.

Nu heb je wel rekening gehouden met de praktijk, en is jouw kennis van die praktijk niet langer een theorie, maar een weten. Je kunt dus zeggen: hoe meer onderzoek, hoe minder theorie.

Ook de mechanismen van macht en geld zijn te onderzoeken. En naarmate dat onderzoek vordert, ontstaat er een steeds completer beeld van de werking hiervan. Door dat onderzoek krijg je niet alleen meer begrip van de werking van de verschillende onderdelen (banken, corporaties, regeringen), maar ook meer begrip van het functioneren van het geheel: de werking van de mondiale machtsstructuur. Je onderzoekt de praktijk, en daarmee leer je die praktijk te begrijpen.


Het is daarom verbazingwekkend dat de mensen die anderen beschuldigen van het hebben van complottheorieën, zelf meestal geen enkel onderzoek hebben gedaan. Het zijn juist deze mensen (mensen die zelf niets onderzocht hebben) die geen andere keuze hebben dan terug te vallen op theorie/geloof. Het zijn juist deze mensen die geloven, in plaats van weten. Het zijn juist deze mensen die de (door de wereld van macht en geld zelf aangeboden) versies van de werking van de wereld geloven. Zonder rekening te houden met de praktijk.

Van Dale:

Com-plot: 0.1 kwaadaardige samenzwering tegen iemand of iets.

Sa-men-zwe-ren: 0.1 zich in het geheim met anderen verbinden om een ander nadeel te berokkenen (en er zelf voordeel bij te hebben - p.s.)

Samenzweren is daarmee het heimelijk ondernemen van iets dat in het belang is van de samenzweerders, ten koste van het belang van anderen. Het is voor het bestaan van een complot dus noodzakelijk dat er een tegengesteld belang bestaat. Als de samenzweerders hetzelfde belang zouden hebben als degenen tegen wie wordt samengezworen, dan zou een complot zinloos zijn. Complotten bestaan alleen omdat er verschillende belangen bestaan.

Het doel van een complot is dus het behartigen van een belang. Een belang dat niet -of minder goed- behartigd zou kunnen worden als dat behartigen openlijk zou gebeuren. Die heimelijkheid is noodzakelijk omdat het belang tegengesteld is aan het belang van anderen. Als dat belang openlijk behartigd zou worden, dan zou dat op weerstand stuiten van de mensen met het tegengestelde belang. Daarom is dat belang beter te behartigen als je het stiekem doet.

Het ontkennen van het bestaan van complotten zou dus inhouden, het ontkennen van het bestaan van verschillende belangen, en het ontkennen van de mogelijkheid dat die belangen soms niet openlijk, maar heimelijk nagestreefd worden. Het zou inhouden dat je gelooft (er een theorie op nahoudt) dat iedereen open en eerlijk is.

Machthebbers hebben een tegengesteld belang ten opzichte van diegenen waarover ze macht willen hebben. Macht is het vermogen om anderen te laten doen wat jij wil. En daarmee kunnen die anderen dus niet meer doen wat ze zelf willen. De macht van de één, bestaat uit de onvrijheid van de anderen. De machthebber is gebaat bij onvrijheid van het volk, het volk is gebaat bij vrijheid. Een tegengesteld belang dus.

Als machthebbers dan weliswaar een ander belang hebben dan het volk, maar desondanks toch altijd eerlijk zouden zijn, dan zouden er geen complotten of samenzweringen bestaan. Voor diegenen die de eerlijkheid van machthebbers gaan onderzoeken, wordt echter al zeer snel duidelijk dat eerlijkheid niet direct het sterkste punt is van machthebbers. En dat is logisch.

Machthebbers hebben macht verworven. Ondanks het feit dat hun verworvenheid ten koste gaat van de bevolking. Het volk bestaat altijd uit een grote meerderheid ten opzichte van de machthebbers. Daarmee is de enige mogelijkheid om de vrijheid van de bevolking af te nemen, dat te doen via list en bedrog. Uit vrije wil komt het volk haar vrijheid namelijk niet inleveren.
Het bestaan van macht (en de daaruit voortvloeiende onvrijheid) is daarmee het bewijs van het bestaan van complotten. Zonder complot (stiekeme belangenbehartiging) komen machthebbers simpelweg niet aan de macht.

Het ontkennen van het bestaan van complotten kan dus alleen op basis van ontkennen van het bestaan van verschillende belangen en het ontkennen van het bestaan van oneerlijkheid. Het ontkennen van het bestaan van complotten houdt geen rekening met de praktijk. Het ontkennen van het bestaan van complotten is daarmee een geloof. Een theorie.

En daarmee zijn degenen die het bestaan van complotten ontkennen, en geen rekening houden met de praktijk, de werkelijke theoretici. Het zijn ‘niet-complottheoretici’.
Degenen die de wereld van macht en geld werkelijk onderzoeken, en die wel rekening houden met de praktijk, zijn daarmee geen theoretici, maar kenners: ‘complotkenners’.

donderdag 1 april 2010

Waarheid, vrijheid


Een tijdje geleden schreef ik een stukje over waarheid. Dat maakte nogal wat los. Uiteindelijk leidde dat tot een discussie over het wel of niet bestaan van de waarheid. Is de waarheid objectief of subjectief?

Nou bestaan er natuurlijk percepties over de waarheid. Ieders beeld van de waarheid is anders. Maar komt dat door subjectiviteit?

Vaak wordt over het begrip waarheid nogal gewichtig gedaan. De waarheid als een soort van heilige graal, waarin je wel of niet kunt geloven. Maar volgens mij is het veel eenvoudiger: de waarheid is niet meer dan een verzamelnaam. Een verzamelnaam voor alles dat niet onwaar is.

Je hoeft dus niet de hele waarheid te kennen om te weten dat de waarheid bestaat.

Een boer die nooit zijn geboortedorp uit geweest is, kan niet zeggen dat hij de wereld kent. Maar dat de wereld bestaat, dat weet hij wel. Hij staat er immers elke dag met zijn klompen bovenop. Hij kent een stukje van de wereld. Zelfs de grootste wereldreiziger zal niet kunnen beweren dat hij de wereld helemaal kent. Maar hij heeft er wel meer kennis van dan iemand die altijd thuis blijft.

Kennis is de sleutel tot waarheid. Tot objectieve waarheid. Subjectieve waarheid bestaat namelijk niet. Daarvoor bestaat een ander woord: geloof.

Om een simpel voorbeeld te geven:

Je hebt zin in een tweedehandsje. Je gaat naar de plaatselijke autoboer. De man in het mooie pak zegt: ‘Een prima karretje meneer/mevrouw!’

Je kunt nu twee dingen doen:

1- Je kunt de man geloven, en hem je geld overhandigen.
2- Je kunt zelf onder de auto kruipen.

Je kiest voor dat laatste: je kruipt eronder en vindt uit dat de bodem van het ding volledig verrot is. Je hebt nu kennis van de waarheid over die auto. Namelijk: hij is verrot. Dat is de waarheid.

De verkoper kan nu zijn meest betrouwbare blik opzetten, en een nog mooier pak aantrekken, maar hij kan je niet meer manipuleren. Jouw kennis van de waarheid maakt je onmanipuleerbaar. De verkoper heeft geen macht meer over jou. Macht die hij wel zou hebben als je hem geloofd had. Hij had dan de macht om je geld af te nemen in ruil voor een waardeloos product.

Als je hem geloofd zou hebben dan zou jouw beeld van de waarheid bestaan uit een aanname. Het zou een subjectieve waarheid zijn. Een waarheid zonder kennis. Geloof. Kennis maakt dat je niet manipuleerbaar bent, geloof maakt dat je juist wel manipuleerbaar bent. En daarmee staan kennis (objectieve waarheid) en geloof (subjectieve waarheid) haaks op elkaar.

Kennis = macht. De waarheid zal je bevrijden. Bevrijden van de manipulatieve kracht van onwaarheid. Kennis van de waarheid maakt je onmanipuleerbaar, en laat je de macht over jezelf behouden.

Nou is de waarheid over een auto natuurlijk maar een heel klein stukje van de hele waarheid. Maar over alles bestaat een waarheid. Ook al kennen we niet al die stukjes, ze bestaan wel, en allemaal samen vormen ze een geheel: de waarheid.

Omdat het voor een mens onmogelijk is om alle stukjes waarheid te kennen (daarvoor is een mens te beperkt), kent iedereen maar een beperkt gedeelte ervan. Om die reden heeft iedereen een ander beeld van de waarheid als geheel. Net zoals iedereen een ander beeld heeft van de wereld. Een ander perspectief. Een incompleet beeld. Maar dat maakt de waarheid niet subjectief.

Een Keniaan heeft een ander beeld van de wereld dan een Zweed. Maar allebei weten ze dat de wereld bestaat. De Zweed kan geloven dat het in Kenia sneeuwt. De Keniaan kan geloven dat in Zweden altijd de zon schijnt. Maar dat geloof staat in geen enkele relatie tot de waarheid. Ze weten het niet zolang ze er geen kennis over hebben. De enige ware bewering die ze dan kunnen doen is: ‘Ik weet het niet’.

Subjectieve waarheid is de verzamelnaam voor zaken die we voor waar aannemen. Aannames die niet zijn gebaseerd op kennis maar op geloof. En geloof staat in geen enkele verhouding tot de waarheid. Als ik iets geloof, kan het net zo goed onwaar zijn. Als ik iets niet geloof, kan het net zo goed waar zijn. Geloof staat in geen enkele relatie tot de waarheid. Ze zijn elkaars tegenpolen.

Als je dus beweert dat de waarheid niet bestaat, dan kan er ook geen kennis bestaan. Waarvan zou je dan kennis kunnen hebben? Je kunt dan niets weten. Alleen geloven. Andersom, voor mensen die niets weten, die geen kennis hebben, kan het lijken of er geen waarheid bestaat. Dan blijft er maar één mogelijkheid over: de illusie te weten: geloven.

Omdat kennis van de waarheid ons onmanipuleerbaar maakt, is het voor diegenen die ons willen manipuleren dus noodzakelijk dat wij zo min mogelijk kennis van de waarheid hebben. Als de autohandelaar je ervan kan overtuigen dat het voor jou onmogelijk is om de auto te controleren - dat je daarvoor te dom of te beperkt bent - dan zit er niks anders op dan hem wel of niet te geloven. En dan ben je overgeleverd aan de manipulatievaardigheden van de verkoper. Hoe beter hij daarin is, hoe groter de kans dat je die auto koopt. Het geeft de verkoper macht.

Dat is de reden dat ons eeuwenlang verteld is dat wij niet bij machte zijn om de waarheid te kennen. Dat we als eenvoudige stervelingen te dom en te beperkt zijn om iets van de waarheid te kennen. Dat er voor ons niks anders op zit dan te geloven, als we een beeld van de werkelijkheid willen hebben.

Machthebbers hebben deze strategie altijd bewandeld en zullen dit altijd blijven doen. Ze kunnen niet anders. De kerk heeft ons eeuwenlang ingewreven dat we eenvoudige zondaars zijn, regeringen hebben ons altijd verteld dat we zelf niet kunnen weten hoe we moeten leven. En de oplossing was altijd: geloof ons! Het is hun enige manier om ons te kunnen manipuleren.

Het is er zo ingehamerd dat we zijn gaan twijfelen aan het bestaan van de waarheid. We zijn zo vaak gedesillusioneerd geraakt, nadat we voor de zoveelste keer iets voor waar hebben aangenomen dat achteraf niet waar blijkt te zijn, dat we de moed opgegeven hebben. Dat we denken dat de waarheid niet bestaat. En als we daar eenmaal van overtuigd zijn, dan zijn we een speelbal voor elke manipulatie. Zowel van buitenaf als van binnenuit. Als de waarheid niet bestaat, dan kunnen we immers zelf alles invullen of in laten vullen. Zoals het ons (of de machthebber) het beste uit lijkt te komen.

Geloof geeft de illusie van kennis. Maar het is nepkennis gebaseerd op nepwaarheid. Gevaarlijke nepkennis. Het kan ons verleiden tot de meest verschrikkelijk daden. Daden tegen anderen en daden tegen onszelf. ‘Wir haben es nicht gewusst’. Oftewel: we hadden geen kennis. Geen kennis van de waarheid. We geloofden. En we namen het voor de waarheid aan.

Als het wel ‘gewusst’ hadden, dan waren we er niet ingetrapt en hadden we onze medewerking niet verleend.

Als we dus niet manipuleerbaar willen zijn, als we de macht over onszelf willen behouden, dan zit er niets anders op dan te stoppen met geloven. En voortaan alleen onze medewerking te geven op basis van kennis. Kennis van de waarheid. De objectieve waarheid. Want subjectieve waarheid is geen waarheid. Het is nepwaarheid: geloof.

Uiteraard kost het vergaren van kennis van de waarheid meer inspanning dan geloven. En soms kun je een vergissing begaan. Maar een vergissing kun je corrigeren. Soms kun je inderdaad niet bij machte zijn om de benodigde kennis te verkrijgen (hoewel dat vaak veel gemakkelijker is dan het lijkt), maar in dat geval is de enige waarheid: ‘ik weet het (nog) niet’.

Inderdaad meer inspannend dan geloven, maar de beloning voor die inspanning is oneindig. De beloning is absolute vrijheid.